Vmbo bb

Activiteitenplanning

Veelgestelde vragen

Hoe corrigeer ik niet-automatisch scorebare vragen in Facet?

Deze vragen moeten door de examinator handmatig beoordeeld worden. De afnameleider (examinator) sluit de afname waarna de afnameplanner (examensecretaris) de afname kan vrijgeven voor correctie. De examinator beoordeelt in de Facet-app in de correctiemodule de gegeven antwoorden aan de hand van het bij elke opdracht gegeven correctievoorschrift. Hierin is ook aangegeven hoeveel punten behaald kunnen worden bij (deels) correcte antwoorden. Dit filmpje biedt een uitleg over de werking van de correctiemodule in Facet met slechts één correctieronde.

Hoe ga ik om met doorwerkfouten?

In het algemeen deel van het Correctievoorschrift vmbo-bb/kb/gl bij 2.7 staat het volgende:

‘Als een onvolkomen prestatie in een onderdeel van het examen doorwerkt in een daaropvolgend gedeelte, mag alleen die onvolkomen prestatie en niet de verdere uitwerking daarvan worden aangerekend, tenzij daardoor het volgende gedeelte aanzienlijk wordt vereenvoudigd of tenzij in het correctievoorschrift anders is vermeld.’

Hoe ga ik ermee om als de school niet de voorgeschreven faciliteiten en/of gereedschappen beschikbaar heeft?

Bij het maken van het cspe wordt ervan uitgegaan dat de gangbare faciliteiten, gereedschappen en gebruiksmaterialen aanwezig zijn op de school die het betreffende profielvak uitvoert. Het bestuur van de school is hiervoor verantwoordelijk.

Echter kan er een situatie zijn, waarin niet de benodigde faciliteiten of gereedschappen (in voldoende mate) aanwezig of beschikbaar zijn. In dit geval moet de school de examenomstandigheden aanpassen binnen de volgende kaders:

  • Belangrijk: de exameneis moet intact blijven.
  • De aanpassingen van de examensituatie aan de omstandigheden van de school zijn niet in het nadeel van de kandidaten;
  • De inhoud en moeilijkheidsgraad van een opdracht worden geborgd. De uitvoering van de opdrachten vraagt van de kandidaten geen andere, meer, moeilijkere of eenvoudigere vaardigheden dan wanneer zij wel over de juiste gereedschappen en materialen zouden kunnen beschikken;
  • De praktische opdrachten kunnen door de kandidaten uitgevoerd worden op de voorgeschreven wijze. Hierbij kunnen zij indien nodig andere geschikte, vergelijkbare materialen en gereedschappen gebruiken dan die in de opdracht beschreven zijn. Je brengt de kandidaten hiervan voor aanvang van het examen op de hoogte;
  • Eventuele langere looproutes en wisseltijden worden opgeteld bij de voor de kandidaat beschikbare tijd;
  • Uiteraard mag geen sprake zijn van een onveilige situatie in zowel fysieke als mentale zin.
  • Je beschrijft de aanpassingen in het proces verbaal van het examen.

Zie ook gelijkwaardige afname voor alle kandidaten op de onderwerppagina Centraal schriftelijk en praktisch examen (cspe).

Voor vragen en advies, stuur een bericht naar het CvTE via de Examenlijn.

Wat is wel en niet mogelijk met herkansingen van het cspe?

Op de onderwerppagina cspe is bij het onderdeel herkansing van het cspe de volgende informatie te vinden:

  • Wanneer heeft een kandidaat recht op een herkansing;
  • Welke versiekleur moet ik gebruiken; 
  • Wat zijn de regels voor de punttelling bij de herkansing.

Aanvulling hierop: 
Leg voorafgaand vast welk onderdeel of welke onderdelen door de kandidaat worden herkanst. Als een kandidaat aangeeft twee of meer onderdelen te willen herkansen, moet hij deze onderdelen ook daadwerkelijk herkansen en moeten de behaalde punten meegenomen worden bij het berekenen van het herkansingscijfer. Het aantal behaalde punten per onderdeel bij de herkansing vervangt het aantal behaalde punten bij de eerste kans, ook als dit aantal lager is. Met behulp van de N-L-tool wordt het nieuwe eindcijfer bepaald.

Door een eventuele andere N-term en een andere lengteschaal zijn het aantal punten van de twee versie niet vergelijkbaar.