Combinatiecijfer (havo/vwo)

Laatste update

Voor havo en vwo geldt een slaag/zakregeling waarin bij bepaalde resultaten compensatie is vereist om te kunnen slagen. Om zo'n regeling met compensatie mogelijk te maken en de regeling overzichtelijk te houden, is het combinatiecijfer in het leven geroepen. Het combinatiecijfer is het rekenkundig gemiddelde van de 'kleine vakken/onderdelen' die met een cijfer op de cijferlijst staan. Op deze pagina wordt het combinatiecijfer toegelicht. Zie artikel 3.34 lid 2 Uitvoeringsbesluit WVO 2020.

Verplichte onderdelen

Op de cijferlijst worden alle vakken vermeld die de leerling in het pakket heeft, zowel de grote als de kleine. Bij die vakken worden de eindbeoordelingen vermeld. Voor LO worden de beoordelingen 'voldoende' of 'goed' op de cijferlijst vermeld. Daarnaast staat het cijfer voor het profielwerkstuk en het cijfer voor CKV en maatschappijleer op de cijferlijst. Deze cijfers worden opgenomen in het combinatiecijfer.

Voor de uitslagbepaling worden de eindcijfers voor de becijferde kleine vakken rekenkundig gemiddeld in het zogeheten combinatiecijfer. Elk van deze cijfers telt even zwaar mee.

Voor géén van de onderdelen van het combinatiecijfer mag lager dan een 4 zijn behaald (artikel 3.34, lid 1, onderdeel d, Uitvoeringsbesluit WVO 2020).

Zowel op het vwo als op de havo gaat het in elk geval om maatschappijleer, het profielwerkstuk en CKV (op een reguliere school).

Voor het berekenen van het combinatiecijfer worden de op de cijferlijst vermelde afgeronde eindcijfers (bestaande uit gehele getallen) gemiddeld. Vervolgens wordt het gemiddelde weer afgerond op het nabij liggende gehele getal: 5,5 wordt dus een 6 en 5,45 een 5. Artikel 3.34 lid 4 Uitvoeringsbesluit WVO 2020.

Keuzeonderdelen

Literatuur

Als de school daarvoor kiest, kan daarnaast een eindcijfer voor literatuur deel uitmaken van het combinatiecijfer als de school ervoor gekozen heeft literatuur afzonderlijk te becijferen. In dat geval moeten de namen van de talen (dus zonder literatuur) worden vermeld op de cijferlijst.

Godsdienst of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs kan door bijzondere scholen worden toegevoegd aan het combinatiecijfer. Het gaat hier om één vak, maar de school kiest welke van beide benamingen wordt gehanteerd: godsdienst óf levensbeschouwelijk vormingsonderwijs. Niet te verwarren met het ‘grote’ vak godsdienst: een schooleigen vak dat de school alleen met toestemming van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap als examenvak kan aanbieden.

ANW, wetenschapsoriëntatie en wetenschap

Als een school ervoor kiest in het geheel vrije deel ANW als examenvak aan te bieden (verplicht of ter keuze) en dus dit vak te becijferen, dan maakt ook dit cijfer deel uit van het combinatiecijfer. Andere (schooleigen) vakken kunnen niet worden toegevoegd aan het combinatiecijfer. Dit kan alleen als de minister daarvoor toestemming heeft gegeven en voor het vak een individuele licentie heeft afgegeven, zoals wetenschapsoriëntatie en wetenschap (dat in de plaats mag komen van ANW).

Als een school ervoor heeft gekozen dat een vak/onderdeel wordt opgenomen in het combinatiecijfer dan geldt dat voor álle leerlingen die dat vak hebben moeten volgen. Deze beslissing moet terug te vinden zijn in het examenreglement en zichtbaar worden in het programma van toetsing en afsluiting (pta). Zie hiervoor artikel 3.34, lid 3 van het Uitvoeringsbesluit WVO 2020.

Als een school kiest voor het aanbieden van Kunst (algemeen) in het geheel vrije deel en dit vak te becijferen, dan wordt de beoordeling als zelfstandig cijfer op de eindlijst geplaatst: het cijfer voor Kunst (algemeen) maakt dus géén deel uit van het combinatiecijfer. Let wel, met de normatieve studielast van Kunst (algemeen) wordt niet voldaan aan de examenverplichting van het vrije deel. Het vak kan alleen als extra vak voorkomen én nooit in combinatie met een groot kunstvak.

Overzicht

Er zijn dus vakken en onderdelen die altijd deel uitmaken van het combinatiecijfer, vakken en onderdelen die naar keuze van de school voor alle leerlingen deel uitmaken van het combinatiecijfer, en vakken en onderdelen die naar keuze van de school ook op individuele basis deel kunnen uitmaken van het combinatiecijfer. Welke onderdelen meewegen in het combinatiecijfer legt de school vast in het examenreglement en het programma van toetsing en afsluiting.

Combinatiecijfer vwoCombinatiecijfer havo
Verplichte onderdelen
Keuzeonderdelen geldend voor alle leerlingen van de cohort
Keuzeonderdelen desgewenst voor individuele leerlingen

Profielwerkstuk

Maatschappijleer

CKV

Profielwerkstuk

Maatschappijleer

CKV

Literatuur en/of

Godsdienst/levensbeschouwelijk vormingsonderwijs

Literatuur en/of

Godsdienst/levensbeschouwelijk vormingsonderwijs

Algemene natuurwetenschappen

Algemene

natuurwetenschappen

Zie ook: Uitslagbepaling havo en vwo