Als eerste en tweede corrector werkt u als een team om de leerling de totaalscore te geven die het best past bij zijn/haar prestatie. Wij gaan uit van uw professionaliteit. Het is aan u om van daaruit te beoordelen of antwoorden die door kandidaten gegeven worden, vallen onder de strekking van het correctievoorschrift. Uiteraard houdt u zich daarbij aan de algemene en vakspecifieke regels in het correctievoorschrift. Het corrigeren van examens is echter geen harde wetenschap en het correctievoorschrift biedt dan ook ruimte voor interpretatie. Onderling overleg tussen eerste en tweede corrector zal moeten uitwijzen of verschillen in de beoordeling vallen binnen deze interpretatieruimte of erbuiten.
Mocht u desondanks geen overeenstemming over de (eind)beoordeling bereiken met uw tweede corrector, kunt u het bevoegd gezag van uw eigen school inschakelen. Wanneer het bevoegd gezag van beide correctoren ook geen overeenstemming bereiken, is de volgende (en laatste) stap om de inspectie te vragen een onafhankelijke derde correctie uit te voeren. De uitkomst van de derde correctie is bindend.
De Examenlijn is in bovengenoemde situatie geen partij en beoordeelt dan ook geen individuele leerlingantwoorden. Als u in het overleg met uw tweede corrector stuit op een interpretatieverschil dat (mogelijk) veroorzaakt wordt door een onduidelijkheid in de vraagstelling of in het correctievoorschrift, kunt u dit doorgeven aan de Examenlijn via het contactformulier op Examenloket.nl.
Mocht u tot de conclusie komen dat iets fout is gerekend dat naar uw oordeel toch vakinhoudelijk juist was, dan kunt u uw collega-corrector vragen of deze bereid is het inzicht ook te overwegen. Daarbij kunt u uiteraard ook een andere vakcollega of uw examensecretaris raadplegen.