De volgende soorten onregelmatigheden zijn te onderscheiden:
De kandidaat handelt in strijd met de regels
Als de kandidaat zich niet aan de regels houdt, kan de directeur maatregelen nemen. Voordat hij zijn beslissing neemt, hoort hij de kandidaat. De kandidaat kan tegen de beslissing van de directeur in beroep gaan bij een hiervoor door het bevoegd gezag ingestelde commissie van beroep (zie Eindexamenbesluit VO artikel 5 en voor het vavo WEB artikel 7.5.1 - 7.5.4). Hier mag de directeur van een dagschool geen deel van uitmaken. De maatregelen die genomen kunnen worden zijn opgesomd in lid 2 van artikel 5. Andere maatregelen zijn niet mogelijk.
Het examenreglement bevat in ieder geval informatie over de maatregelen die de directeur kan nemen en de toepassing die daaraan wordt gegeven (zie artikel 5 van het Eindexamenbesluit VO). Daarnaast wordt er in het examenreglement melding gedaan van de samenstelling en het adres van de commissie van beroep. Omdat er i.v.m. de beperkte periode waarin het examen plaatsvindt doorgaans haast is met het instellen van beroep en de uitvoering van eventuele gevolgen daarvan, moet een beroep binnen vijf dagen worden ingesteld conform artikel 30a van de Wet op het voortgezet onderwijs.
De taken en verantwoordelijkheden die aan de directeur zijn toegewezen, worden in een vavo-instelling uitgevoerd door de examencommissie (zie Eindexamenbesluit VO artikel 1 lid 2).
Het examen wordt niet op regelmatige wijze afgenomen
De inspectie heeft als algemene taak toe te zien op de wijze waarop de examens als geheel, schoolexamen en centraal examen, worden afgenomen. Als ze constateert dat een school of een vavo-instelling hierbij in strijd handelt met de regels, spreekt ze de school hierop aan met in de regel de opdracht om de fout te herstellen en maatregelen te nemen om herhaling te voorkomen. Om deze taak uit te voeren is de school verplicht diverse gegevens naar de inspectie te sturen. De inspectie inspecteert ook actief. Jaarlijks doet de inspectie verslag van haar bevindingen in het Onderwijsverslag aan de bewindslieden van OCW en aan de Tweede Kamer.
Het centraal examen wordt niet op regelmatige wijze afgenomen
Als de inspectie bij het centraal examen constateert dat het niet op regelmatige wijze heeft plaatsgehad, dan kan zij besluiten dat het geheel of gedeeltelijk opnieuw voor een of meer kandidaten wordt afgenomen. (zie Eindexamenbesluit VO artikel 43)
Gedragslijn inspectie bij toepassing artikel 43
Uitgangspunt is dat de inspectie beoordeelt en beslist.
Er zijn twee gevallen te onderscheiden:
- De onregelmatigheid is van dien aard dat het gehele examen (voor alle kandidaten of een deel van de kandidaten) ongeldig moet worden verklaard.
Beslissing van de inspectie:
Het examen wordt, door de desbetreffende kandidaten, overgemaakt in het tweede tijdvak. De kandidaten behouden het recht op herkansing in het tweede tijdvak voor een ander vak.
- De onregelmatigheid heeft slechts betrekking op een beperkt deel van het examen.
Beslissing van de inspectie:
- Uitgangspunt is dat de inspectie aan kandidaten/school meedeelt of doet meedelen dat het examen ongeldig wordt verklaard en dat het, door de desbetreffende kandidaten, wordt overgemaakt in het tweede tijdvak. De kandidaten behouden het recht op herkansing in het tweede tijdvak voor een ander vak.
- Echter: de desbetreffende kandidaten wordt als alternatief voorgelegd dat zij het cijfer accepteren zoals dat kan worden vastgesteld met toekenning van 0-scorepunten voor de opgaven waarop de onregelmatigheid betrekking had. Zij moeten dit schriftelijk bevestigen. (N.B. kandidaten nemen de beslissing als het cijfer voor het centraal examen van dat vak voor de kandidaat beschikbaar is).
- De overige kandidaten maken het examen dus over in het tweede tijdvak. Het cijfer is het dan behaalde cijfer, de kandidaten kunnen niet achteraf opteren voor acceptatie van het cijfer uit het eerste tijdvak.
Onvoorziene omstandigheden bij het centraal examen
Als het centraal examen door onvoorziene omstandigheden niet op de voorgeschreven wijze kan worden afgenomen, beslist de Minister wat er moet gebeuren (zie Eindexamenbesluit VO artikel 44). Een voorbeeld is de beslissing 'hoe te handelen als een kandidaat door staking van het openbaar vervoer niet op tijd in de examenzaal kon zijn'. Een ander 'landelijk' voorbeeld is het uitstel met een dag van het centraal examen Frans vwo in 2013, omdat het af te nemen examen gestolen was en al op internet circuleerde.